Kindermishandeling

De vertederende scene waarin Jezus zegt "Laat de kinderen tot mij komen" is niet bepaald de standaard hoe er over het algemeen in de Bijbel met kinderen wordt omgegaan.

In de Bijbel staat wel dat kinderen hun vader en moeder moeten eren maar dat ouders verplicht zijn hun kinderen goed te behandelen wordt nergens vermeld. Kinderen worden gezien als bezit en zijn overgeleverd aan de grillen van de ouders net zoals de mens is overgeleverd aan de grillen van God.

Als God eenmaal aan het straffen slaat dan hoeven kinderen niet te rekenen op Zijn genade.

(1 Samuel 15:3)  Ga nu heen, en sla Amalek, en verban alles, wat hij heeft, en verschoon hem niet; maar dood van den man af tot de vrouw toe, van de kinderen tot de zuigelingen, van de ossen tot de schapen, van de kemelen tot de ezelen toe.
(Jesaja 13:16)  Ook zullen hun kinderkens voor hun ogen verpletterd worden; hun huizen zullen geplunderd, en hun vrouwen geschonden worden.
(Jeremia 13:14)  En Ik zal hen in stukken slaan, den een tegen den ander, zo de vaders als de kinderen te zamen, spreekt de HEERE; Ik zal niet verschonen noch sparen, noch Mij ontfermen, dat Ik hen niet zou verderven.
(Ezechiel 9:5-6)  Maar tot die anderen zeide Hij voor mijn oren: Gaat door, door de stad achter hem, en slaat, ulieder oog verschone niet, en spaart niet! Doodt ouden, jongelingen en maagden, en kinderkens en vrouwen, tot verdervens toe;
(Deuteronomium 20:16-17)  Maar van de steden dezer volken, die u de HEERE, uw God, ten erve geeft, zult gij niets laten leven, dat adem heeft.
(Jozua 7:24) Toen nam Jozua, en gans Israel met hem, Achan, den zoon van Zerah, en het zilver, en het sierlijk overkleed, en de gouden tong, en zijn zonen, en zijn dochteren, en zijn ossen, en zijn ezelen, en zijn vee, en zijn tent, en alles wat hij had; en zij voerden ze naar het dal Achor. En Jozua zeide: Hoe hebt gij ons beroerd? De HEERE zal u beroeren te dezen dage! En gans Israel stenigde hem met stenen, en zij verbrandden hen met vuur, en zij overwierpen hen met stenen.
(Exodus 12:29)  En het geschiedde ter middernacht, dat de HEERE al de eerstgeborenen in Egypteland sloeg, van den eerstgeborene van Farao af, die op zijn troon zitten zou, tot op den eerstgeborene van den gevangene, die in het gevangenhuis was, en alle eerstgeborenen der beesten.

Ook ongeboren kinderen kunnen Gods toorn niet ontlopen

(Hosea 14:1) Samaria zal woest worden, want zij is wederspannig geweest tegen haar God; zij zullen door het zwaard vallen, hun kinderkens zullen verpletterd, en hun zwangere vrouwen zullen opengesneden worden.

Wat te denken van een God die opdracht geeft aan een vader om zijn eigen zoon te offeren en pas op het allerlaatste moment, als het mes al op het keeltje van het kind staat, een demonstratie van zijn "genade" geeft.

(Genesis 22:2) En Hij zeide: Neem nu uw zoon, uw enige, dien gij liefhebt, Izak, en ga heen naar het land Moria, en offer hem aldaar tot een brandoffer, op een van de bergen, dien Ik u zeggen zal...........10 En Abraham strekte zijn hand uit, en nam het mes om zijn zoon te slachten.

Wie mocht denken dat God altijd zo genadig is komt bedrogen uit in het verhaal van  Jeftha die een gelofte aan God doet om het eerste wat uit zijn huis komt te offeren als God hem helpt. God helpt hem inderdaad en Jeftha moet zijn enigst dochtertje offeren en GOD LAAT HET GEWOON GEBEUREN. Het lijkt er verdacht veel op dat God instemt met zulke barbaarse praktijken.

(Richteren 11:30)  En Jeftha beloofde den HEERE een gelofte, en zeide: Indien Gij de kinderen Ammons ganselijk in mijn hand zult geven; 31 Zo zal het uitgaande, dat uit de deur van mijn huis mij tegemoet zal uitgaan, als ik met vrede van de kinderen Ammons wederkom, dat zal des HEEREN zijn, en ik zal het offeren ten brandoffer............................34 Toen nu Jeftha te Mizpa bij zijn huis kwam, ziet, zo ging zijn dochter uit hem tegemoet, met trommelen en met reien. Zij nu was alleen, een enig kind; hij had uit zich anders geen zoon of dochter..........................39 En het geschiedde ten einde van twee maanden dat zij tot haar vader wederkwam, die aan haar volbracht zijn gelofte, die hij beloofd had; en zij heeft geen man bekend.

Liefhebbende ouders dienen hun kinderen reeds op jeugdige leeftijd te slaan met een roede.

(Spreuken 13:24) Die zijn roede inhoudt, haat zijn zoon; maar die hem liefheeft, zoekt hem vroeg met tuchtiging.
(Spreuken 23:13-14) Weer de tucht van den jongen niet; als gij hem met de roede zult slaan, zal hij niet sterven. Gij zult hem met de roede slaan, en zijn ziel van de hel redden.
(Spreuken 29:15) De roede, en de bestraffing geeft wijsheid; maar een kind, dat aan zich zelf gelaten is, beschaamt zijn moeder.

Hier laat God 42 kinderen opeten door beren omdat ze 'kaalkop' hebben geroepen tegen een profeet.

(2 Koningen 2:23-24) En hij ging van daar op naar Beth-el. Als hij nu den weg opging, zo kwamen kleine jongens uit de stad; die bespotten hem, en zeiden tot hem: Kaalkop, ga op, kaalkop, ga op! En hij keerde zich achterom, en hij zag ze, en vloekte hen, in den Naam des HEEREN. Toen kwamen twee beren uit het woud, en verscheurden van dezelve twee en veertig kinderen.

Hier gebied God alle kinderen te doden behalve de meisjes die nog maagd zijn, die mogen de Israelieten voor zichzelf houden!!

(Numeri 31:17) Nu dan, doodt al wat mannelijk is onder de kinderkens; en doodt alle vrouw, die door bijligging des mans een man bekend heeft. Doch al de kinderen van vrouwelijk geslacht, die de bijligging des mans niet bekend hebben, laat voor ulieden leven.

Blijkbaar kan het verpletteren van kinderen ook een goed doel dienen.

(Psalmen 137:9)  Welgelukzalig zal hij zijn, die uw kinderkens grijpen, en aan de steenrots verpletteren zal. 

Om een weddenschapje met Satan te winnen laat God de kinderen van Job door een huis verpletteren.

(Job 1:18) Als deze nog sprak, zo kwam een ander, en zeide: Uw zonen en uw dochteren aten, en dronken wijn, in het huis van hun broeder, den eerstgeborene; En zie, een grote wind kwam van over de woestijn, en stiet aan de vier hoeken van het huis, en het viel op de jongelingen, dat ze stierven;

God laat ouders hun eigen kinderen opeten als straf. Ook hier heiligt het doel blijkbaar de middelen.

(Deuteronomium 28:53) En gij zult eten de vrucht uws buiks, het vlees uwer zonen en uwer dochteren, die u de HEERE, uw God, gegeven zal hebben; 
(Deuteronomium 28:57) En dat om haar nageboorte, die van tussen haar voeten uitgegaan zal zijn, en om haar zonen, die zij gebaard zal hebben; want zij zal hen eten in het verborgene, vermits gebrek van alles; 
(Jeremia 19:9) En Ik zal hunlieden het vlees hunner zonen en het vlees hunner dochteren doen eten, en zij zullen eten, een iegelijk het vlees zijns naasten, in de belegering en in de benauwing, waarmede hen hun vijanden, en die hun ziel zoeken, benauwen zullen.

Kinderen worden gezien als bezit waarover de ouders naar eigen inzicht kunnen beschikken. Als de bevolking van Sodom en Ghomorra de uitlevering van twee bezoekers van Lot vragen om sex met hen te hebben, stelt Lot voor om in plaats van zijn gasten zijn eigen maagdelijke dochters ter beschikking te stellen.

(Genesis 19:8) Ziet toch, ik heb twee dochters, die geen man bekend hebben; ik zal haar nu tot u uitbrengen, en doet haar, zoals het goed is in uw ogen; alleenlijk doet dezen mannen niets; 
Dat de Bijbel zulk afkeurenswaardig gedrag niet veroordeelt blijkt uit de volgende tekst waar Lot wordt beschreven als een rechtvaardig man.
(2 Petrus 2:7-8) En den rechtvaardigen Lot, die vermoeid was van den ontuchtigen wandel der gruwelijke mensen, daaruit verlost heeft; (Want deze rechtvaardige man, wonende onder hen, heeft dag op dag zijn rechtvaardige ziel gekweld, door het zien en horen van hun ongerechtige werken)

CONCLUSIE: wat de bijbelse moraal in ieder geval NIET leert is dat kinderen kwetsbare wezens zijn die beschermd moeten worden tegen gewelddadige invloeden.


Lees verder:   de Vrouw in de Bijbel